BADMINTON – SPELREGELS
Het speelveld
Bij badminton kent men twee speelvelden, een voor enkelspel (lang en smal) en een voor dubbelspel (lang en breed). Zie hiervoor de tekeningen.
De toss
Wedstrijden beginnen altijd met de toss. Men kiest elk een helft van het veld en gooit een shuttle omhoog. De speler(s) op de helft waar de dop naar toe wijst mag kiezen uit de volgende mogelijkheden:
- Men kan de helft van het speelveld kiezen waar men wil beginnen, of
- men kan ervoor kiezen dat hij/zij begint met serveren, of
- men kan ervoor kiezen dat de tegenstander begint met serveren.
De persoon die de toss verloren heeft kan na de keuze van de winnaar nog uit de overgebleven mogelijkheden kiezen.
Service
De eerste slag heet een service of opslag. en speelt deze diagonaal over het speelveld, zoals aangegeven op de tekening. Men begint bij aanvang van de partij altijd vanuit het rechtervak met serveren.
Met ingang van mei 2006 is het zgn. Rally point systeem ingevoerd. Dit houdt in dat, ook als je niet serveert toch punten kan maken. Indien men een fout maakt krijgt de tegenstander een punt en gaat de service over. Deze serveert met een even stand in het rechterveld en met een
oneven stand in het linker veld. De service gaat door tot dat de serveerder een fout maakt en dan gaat de service over naar de tegenpartij die dan ook een punt krijgt.
In het enkelspel is het redelijk eenvoudig, men begint dus rechts bij een even stand (0, 2, 4, 6, etc). Bij een oneven stand (1, 3, 5, etc.) serveert men dus vanuit het linkervak.
Bij het dubbelspel gaat de service net zo. Hier heeft men ook maar één servicebeurt. Het verschil met serveren tussen enkelspel en dubbelspel is dat bij enkelspel het serveer vak geldt tot de achterste lijn en bij dubbelspel het serveer vak geldt tot de lijn daarvoor, maar dan wel de hele breedte van het veld.
Men mag nooit twee keer achter elkaar vanuit hetzelfde vak serveren. Als tijdens de servicebeurt de serveerder een fout maakt mag de tweede speler niet ook nog eens serveren, maar gaat de service naar de tegenpartij die gelijk een punt krijgt.
De opslag
Tijdens de opslag moet het racket zich duidelijk onder de pols bevinden. Altijd onderhands! Hieronder is te zien welke 3 service technieken goed zijn:
Deze 3 technieken zijn dus GOED!
Puntentelling
De puntentelling is wat moeilijker. Elke fout is een punt. Wordt de fout gemaakt door de ontvangende partij dan is het punt voor de serveerder. Wordt de fout gemaakt door de serverende partij dan is het punt voor de ontvangende partij en gaat de service over.
De dames en heren spelen allebei tot eenentwintig punten en indien de stand 20-20 wordt bereikt wordt er verlengd tot een verschil van twee punten is bereikt. De partij wordt in ieder geval gestopt bij negenentwintig punten en diegene die deze score het eerste bereikt is winnaar.
Een wedstrijd gaat om twee gewonnen games. Men speelt dus maximaal drie games. Tijdens de 3e game wisselt men bij elf punten van speelhelft.
Fouten
Tijdens het spelen wordt er een fout gemaakt indien:
• men met het lichaam of het racket het net raakt of eroverheen gaat.
• de shuttle het lichaam raakt.
• de shuttle meer dan een keer geraakt wordt.
• de shuttle op de eigen speelhelft op de grond komt.
• de shuttle het plafond of de wand raakt.
• tijdens het serveren een deel van het racket zich boven de middel van de serveerder bevindt.
• tijdens het serveren beide voeten van zowel de serveerder als de ontvanger zich niet binnen het service- of ontvangstvak bevinden.
• tijdens het serveren het racket zich niet duidelijk zichtbaar onder de pols van de serveerder bevindt.
• men zijn tegenstander hindert of afleidt.
• de shuttle tijdens het spel buiten het speelveld valt.
Indien er bij het spel zo’n fout wordt gemaakt door de serveerder gaat de opslag over naar de tegenstander.
Indien er zo’n fout wordt gemaakt door de ontvangende partij heeft de serverende partij een punt gemaakt.
De shuttle mag zowel tijdens het spel als tijdens de service het net raken. Dit is dus geen fout!
Een Let
Een let betekent dat het punt opnieuw wordt gespeeld. Dit is het geval indien:
• de ontvangende partij nog niet klaarstond om de service te ontvangen. Dat geldt alleen als die partij de shuttle niet terugslaat.
• men gestoord wordt door omstandigheden van buitenaf.
• de shuttle niet duidelijk in/of uit is. Voor alle duidelijkheid: de lijnen behoren tot het speelveld, dus als de shuttle op de lijn valt is deze in.
Dat zij de regels. Zo moet het gespeeld worden.
En nu maar spelen, want het allerbelangrijkste is het plezier in het spel.